INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- leende
- leende
- leende
- leende
- leenden
- leenden
- leenden
O.v.t. (Past)
- zal lenen
- zult lenen
- zal lenen
- zult lenen
- zult lenen
- zullen lenen
- zullen lenen
O.t.t.t. (Future)
- had geleend
- had geleend
- had geleend
- had geleend
- hadden geleend
- hadden geleend
- hadden geleend
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geleend
- hebt geleend
- heeft geleend
- hebt geleend
- hebben geleend
- hebben geleend
- hebben geleend
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geleend hebben
- zult geleend hebben
- zal geleend hebben
- zult geleend hebben
- zult geleend hebben
- zullen geleend hebben
- zullen geleend hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geleend hebben
- zou geleend hebben
- zou geleend hebben
- zou geleend hebben
- zouden geleend hebben
- zouden geleend hebben
- zouden geleend hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)