INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- opereerde
- opereerde
- opereerde
- opereerde
- opereerden
- opereerden
- opereerden
O.v.t. (Past)
- zal opereren
- zult opereren
- zal opereren
- zult opereren
- zult opereren
- zullen opereren
- zullen opereren
O.t.t.t. (Future)
- had geopereerd
- had geopereerd
- had geopereerd
- had geopereerd
- hadden geopereerd
- hadden geopereerd
- hadden geopereerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geopereerd
- hebt geopereerd
- heeft geopereerd
- hebt geopereerd
- hebben geopereerd
- hebben geopereerd
- hebben geopereerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geopereerd hebben
- zult geopereerd hebben
- zal geopereerd hebben
- zult geopereerd hebben
- zult geopereerd hebben
- zullen geopereerd hebben
- zullen geopereerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geopereerd hebben
- zou geopereerd hebben
- zou geopereerd hebben
- zou geopereerd hebben
- zouden geopereerd hebben
- zouden geopereerd hebben
- zouden geopereerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)