INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- luidde
- luidde
- luidde
- luidde
- luidden
- luidden
- luidden
O.v.t. (Past)
- zal luiden
- zult luiden
- zal luiden
- zult luiden
- zult luiden
- zullen luiden
- zullen luiden
O.t.t.t. (Future)
- had geluid
- had geluid
- had geluid
- had geluid
- hadden geluid
- hadden geluid
- hadden geluid
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geluid
- hebt geluid
- heeft geluid
- hebt geluid
- hebben geluid
- hebben geluid
- hebben geluid
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geluid hebben
- zult geluid hebben
- zal geluid hebben
- zult geluid hebben
- zult geluid hebben
- zullen geluid hebben
- zullen geluid hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geluid hebben
- zou geluid hebben
- zou geluid hebben
- zou geluid hebben
- zouden geluid hebben
- zouden geluid hebben
- zouden geluid hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)