INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- affineerde
- affineerde
- affineerde
- affineerde
- affineerden
- affineerden
- affineerden
O.v.t. (Past)
- zal affineren
- zult affineren
- zal affineren
- zult affineren
- zult affineren
- zullen affineren
- zullen affineren
O.t.t.t. (Future)
- had geaffineerd
- had geaffineerd
- had geaffineerd
- had geaffineerd
- hadden geaffineerd
- hadden geaffineerd
- hadden geaffineerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geaffineerd
- hebt geaffineerd
- heeft geaffineerd
- hebt geaffineerd
- hebben geaffineerd
- hebben geaffineerd
- hebben geaffineerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geaffineerd hebben
- zult geaffineerd hebben
- zal geaffineerd hebben
- zult geaffineerd hebben
- zult geaffineerd hebben
- zullen geaffineerd hebben
- zullen geaffineerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geaffineerd hebben
- zou geaffineerd hebben
- zou geaffineerd hebben
- zou geaffineerd hebben
- zouden geaffineerd hebben
- zouden geaffineerd hebben
- zouden geaffineerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen geaffineerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden geaffineerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)