NL.png accommoderen

INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

  • accommoderen

O.t.t. (Present)

  • accommodeerde
  • accommodeerde
  • accommodeerde
  • accommodeerde
  • accommodeerden
  • accommodeerden
  • accommodeerden
 

O.v.t. (Past)

  • zal accommoderen
  • zult accommoderen
  • zal accommoderen
  • zult accommoderen
  • zult accommoderen
  • zullen accommoderen
  • zullen accommoderen

O.t.t.t. (Future)

  • had geaccommodeerd
  • had geaccommodeerd
  • had geaccommodeerd
  • had geaccommodeerd
  • hadden geaccommodeerd
  • hadden geaccommodeerd
  • hadden geaccommodeerd
 

O.v.t.t. (Condicional)

  • heb geaccommodeerd
  • hebt geaccommodeerd
  • heeft geaccommodeerd
  • hebt geaccommodeerd
  • hebben geaccommodeerd
  • hebben geaccommodeerd
  • hebben geaccommodeerd

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zal geaccommodeerd hebben
  • zult geaccommodeerd hebben
  • zal geaccommodeerd hebben
  • zult geaccommodeerd hebben
  • zult geaccommodeerd hebben
  • zullen geaccommodeerd hebben
  • zullen geaccommodeerd hebben
 

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zou geaccommodeerd hebben
  • zou geaccommodeerd hebben
  • zou geaccommodeerd hebben
  • zou geaccommodeerd hebben
  • zouden geaccommodeerd hebben
  • zouden geaccommodeerd hebben
  • zouden geaccommodeerd hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

  • worden geaccommodeerd
  •  

O.v.t. (Past)

  • worden geaccommodeerd
  •  
 

O.t.t.t. (Future)

  • zullen geaccommodeerd worden
  •  

O.v.t.t. (Condicional)

  • zouden geaccommodeerd worden
  •  
 

V.t.t. (Present Perfect)

  • zijn geaccommodeerd
  •  

V.v.t. (Past Perfect)

  • was geaccommodeerd
  •  
 

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zullen geaccommodeerd zijn
  •  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zouden geaccommodeerd zijn
  •