INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- verloor
- verloor
- verloor
- verloor
- verloren
- verloren
- verloren
O.v.t. (Past)
- zal verliezen
- zult verliezen
- zal verliezen
- zult verliezen
- zult verliezen
- zullen verliezen
- zullen verliezen
O.t.t.t. (Future)
- had verloren
- had verloren
- had verloren
- had verloren
- hadden verloren
- hadden verloren
- hadden verloren
O.v.t.t. (Condicional)
- heb verloren
- hebt verloren
- heeft verloren
- hebt verloren
- hebben verloren
- hebben verloren
- hebben verloren
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal verloren hebben
- zult verloren hebben
- zal verloren hebben
- zult verloren hebben
- zult verloren hebben
- zullen verloren hebben
- zullen verloren hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou verloren hebben
- zou verloren hebben
- zou verloren hebben
- zou verloren hebben
- zouden verloren hebben
- zouden verloren hebben
- zouden verloren hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)