INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- cementeerde
- cementeerde
- cementeerde
- cementeerde
- cementeerden
- cementeerden
- cementeerden
O.v.t. (Past)
- zal cementeren
- zult cementeren
- zal cementeren
- zult cementeren
- zult cementeren
- zullen cementeren
- zullen cementeren
O.t.t.t. (Future)
- had gecementeerd
- had gecementeerd
- had gecementeerd
- had gecementeerd
- hadden gecementeerd
- hadden gecementeerd
- hadden gecementeerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gecementeerd
- hebt gecementeerd
- heeft gecementeerd
- hebt gecementeerd
- hebben gecementeerd
- hebben gecementeerd
- hebben gecementeerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gecementeerd hebben
- zult gecementeerd hebben
- zal gecementeerd hebben
- zult gecementeerd hebben
- zult gecementeerd hebben
- zullen gecementeerd hebben
- zullen gecementeerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gecementeerd hebben
- zou gecementeerd hebben
- zou gecementeerd hebben
- zou gecementeerd hebben
- zouden gecementeerd hebben
- zouden gecementeerd hebben
- zouden gecementeerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gecementeerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gecementeerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)