INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- berekende
- berekende
- berekende
- berekende
- berekenden
- berekenden
- berekenden
O.v.t. (Past)
- zal berekenen
- zult berekenen
- zal berekenen
- zult berekenen
- zult berekenen
- zullen berekenen
- zullen berekenen
O.t.t.t. (Future)
- had berekend
- had berekend
- had berekend
- had berekend
- hadden berekend
- hadden berekend
- hadden berekend
O.v.t.t. (Condicional)
- heb berekend
- hebt berekend
- heeft berekend
- hebt berekend
- hebben berekend
- hebben berekend
- hebben berekend
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal berekend hebben
- zult berekend hebben
- zal berekend hebben
- zult berekend hebben
- zult berekend hebben
- zullen berekend hebben
- zullen berekend hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou berekend hebben
- zou berekend hebben
- zou berekend hebben
- zou berekend hebben
- zouden berekend hebben
- zouden berekend hebben
- zouden berekend hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)