INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- klom
- klom
- klom
- klom
- klommen
- klommen
- klommen
O.v.t. (Past)
- zal klimmen
- zult klimmen
- zal klimmen
- zult klimmen
- zult klimmen
- zullen klimmen
- zullen klimmen
O.t.t.t. (Future)
- had geklommen
- had geklommen
- had geklommen
- had geklommen
- hadden geklommen
- hadden geklommen
- hadden geklommen
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geklommen
- hebt geklommen
- heeft geklommen
- hebt geklommen
- hebben geklommen
- hebben geklommen
- hebben geklommen
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geklommen hebben
- zult geklommen hebben
- zal geklommen hebben
- zult geklommen hebben
- zult geklommen hebben
- zullen geklommen hebben
- zullen geklommen hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geklommen hebben
- zou geklommen hebben
- zou geklommen hebben
- zou geklommen hebben
- zouden geklommen hebben
- zouden geklommen hebben
- zouden geklommen hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)