NL.png streven

INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

  • streven

O.t.t. (Present)

  • streefde
  • streefde
  • streefde
  • streefde
  • streefden
  • streefden
  • streefden
 

O.v.t. (Past)

  • zal streven
  • zult streven
  • zal streven
  • zult streven
  • zult streven
  • zullen streven
  • zullen streven

O.t.t.t. (Future)

  • had gestreefd
  • had gestreefd
  • had gestreefd
  • had gestreefd
  • hadden gestreefd
  • hadden gestreefd
  • hadden gestreefd
 

O.v.t.t. (Condicional)

  • heb gestreefd
  • hebt gestreefd
  • heeft gestreefd
  • hebt gestreefd
  • hebben gestreefd
  • hebben gestreefd
  • hebben gestreefd

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zal gestreefd hebben
  • zult gestreefd hebben
  • zal gestreefd hebben
  • zult gestreefd hebben
  • zult gestreefd hebben
  • zullen gestreefd hebben
  • zullen gestreefd hebben
 

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zou gestreefd hebben
  • zou gestreefd hebben
  • zou gestreefd hebben
  • zou gestreefd hebben
  • zouden gestreefd hebben
  • zouden gestreefd hebben
  • zouden gestreefd hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

  • *
  •  

O.v.t. (Past)

  • *
  •  
 

O.t.t.t. (Future)

  • *
  •  

O.v.t.t. (Condicional)

  • *
  •  
 

V.t.t. (Present Perfect)

  • *
  •  

V.v.t. (Past Perfect)

  • *
  •  
 

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • *
  •  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • *
  •