INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- promoveerde
- promoveerde
- promoveerde
- promoveerde
- promoveerden
- promoveerden
- promoveerden
O.v.t. (Past)
- zal promoveren
- zult promoveren
- zal promoveren
- zult promoveren
- zult promoveren
- zullen promoveren
- zullen promoveren
O.t.t.t. (Future)
- had gepromoveerd
- had gepromoveerd
- had gepromoveerd
- had gepromoveerd
- hadden gepromoveerd
- hadden gepromoveerd
- hadden gepromoveerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gepromoveerd
- hebt gepromoveerd
- heeft gepromoveerd
- hebt gepromoveerd
- hebben gepromoveerd
- hebben gepromoveerd
- hebben gepromoveerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gepromoveerd hebben
- zult gepromoveerd hebben
- zal gepromoveerd hebben
- zult gepromoveerd hebben
- zult gepromoveerd hebben
- zullen gepromoveerd hebben
- zullen gepromoveerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gepromoveerd hebben
- zou gepromoveerd hebben
- zou gepromoveerd hebben
- zou gepromoveerd hebben
- zouden gepromoveerd hebben
- zouden gepromoveerd hebben
- zouden gepromoveerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gepromoveerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gepromoveerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)