INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- beraamde
- beraamde
- beraamde
- beraamde
- beraamden
- beraamden
- beraamden
O.v.t. (Past)
- zal beramen
- zult beramen
- zal beramen
- zult beramen
- zult beramen
- zullen beramen
- zullen beramen
O.t.t.t. (Future)
- had beraamd
- had beraamd
- had beraamd
- had beraamd
- hadden beraamd
- hadden beraamd
- hadden beraamd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb beraamd
- hebt beraamd
- heeft beraamd
- hebt beraamd
- hebben beraamd
- hebben beraamd
- hebben beraamd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal beraamd hebben
- zult beraamd hebben
- zal beraamd hebben
- zult beraamd hebben
- zult beraamd hebben
- zullen beraamd hebben
- zullen beraamd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou beraamd hebben
- zou beraamd hebben
- zou beraamd hebben
- zou beraamd hebben
- zouden beraamd hebben
- zouden beraamd hebben
- zouden beraamd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)