INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- nam beet
- nam beet
- nam beet
- nam beet
- namen beet
- namen beet
- namen beet
O.v.t. (Past)
- zal beetnemen
- zult beetnemen
- zal beetnemen
- zult beetnemen
- zult beetnemen
- zullen beetnemen
- zullen beetnemen
O.t.t.t. (Future)
- had beetgenomen
- had beetgenomen
- had beetgenomen
- had beetgenomen
- hadden beetgenomen
- hadden beetgenomen
- hadden beetgenomen
O.v.t.t. (Condicional)
- heb beetgenomen
- hebt beetgenomen
- heeft beetgenomen
- hebt beetgenomen
- hebben beetgenomen
- hebben beetgenomen
- hebben beetgenomen
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal beetgenomen hebben
- zult beetgenomen hebben
- zal beetgenomen hebben
- zult beetgenomen hebben
- zult beetgenomen hebben
- zullen beetgenomen hebben
- zullen beetgenomen hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou beetgenomen hebben
- zou beetgenomen hebben
- zou beetgenomen hebben
- zou beetgenomen hebben
- zouden beetgenomen hebben
- zouden beetgenomen hebben
- zouden beetgenomen hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen beetgenomen worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden beetgenomen worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)