NL.png modden

INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

  • modden

O.t.t. (Present)

  • modde
  • modde
  • modde
  • modde
  • modden
  • modden
  • modden
 

O.v.t. (Past)

  • zal modden
  • zult modden
  • zal modden
  • zult modden
  • zult modden
  • zullen modden
  • zullen modden

O.t.t.t. (Future)

  • had gemod
  • had gemod
  • had gemod
  • had gemod
  • hadden gemod
  • hadden gemod
  • hadden gemod
 

O.v.t.t. (Condicional)

  • heb gemod
  • hebt gemod
  • heeft gemod
  • hebt gemod
  • hebben gemod
  • hebben gemod
  • hebben gemod

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zal gemod hebben
  • zult gemod hebben
  • zal gemod hebben
  • zult gemod hebben
  • zult gemod hebben
  • zullen gemod hebben
  • zullen gemod hebben
 

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zou gemod hebben
  • zou gemod hebben
  • zou gemod hebben
  • zou gemod hebben
  • zouden gemod hebben
  • zouden gemod hebben
  • zouden gemod hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

  • worden gemod
  •  

O.v.t. (Past)

  • worden gemod
  •  
 

O.t.t.t. (Future)

  • zullen gemod worden
  •  

O.v.t.t. (Condicional)

  • zouden gemod worden
  •  
 

V.t.t. (Present Perfect)

  • zijn gemod
  •  

V.v.t. (Past Perfect)

  • was gemod
  •  
 

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zullen gemod zijn
  •  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zouden gemod zijn
  •