INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- marineerde
- marineerde
- marineerde
- marineerde
- marineerden
- marineerden
- marineerden
O.v.t. (Past)
- zal marineren
- zult marineren
- zal marineren
- zult marineren
- zult marineren
- zullen marineren
- zullen marineren
O.t.t.t. (Future)
- had gemarineerd
- had gemarineerd
- had gemarineerd
- had gemarineerd
- hadden gemarineerd
- hadden gemarineerd
- hadden gemarineerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gemarineerd
- hebt gemarineerd
- heeft gemarineerd
- hebt gemarineerd
- hebben gemarineerd
- hebben gemarineerd
- hebben gemarineerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gemarineerd hebben
- zult gemarineerd hebben
- zal gemarineerd hebben
- zult gemarineerd hebben
- zult gemarineerd hebben
- zullen gemarineerd hebben
- zullen gemarineerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gemarineerd hebben
- zou gemarineerd hebben
- zou gemarineerd hebben
- zou gemarineerd hebben
- zouden gemarineerd hebben
- zouden gemarineerd hebben
- zouden gemarineerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gemarineerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gemarineerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)