INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

• macadamiseren

O.t.t. (Present)

• macadamiseerde
• macadamiseerde
• macadamiseerde
• macadamiseerde
• macadamiseerden
• macadamiseerden
• macadamiseerden

O.v.t. (Past)

• zal macadamiseren
• zult macadamiseren
• zal macadamiseren
• zult macadamiseren
• zult macadamiseren
• zullen macadamiseren
• zullen macadamiseren

O.t.t.t. (Future)

• had gemacadamiseerd
• had gemacadamiseerd
• had gemacadamiseerd
• had gemacadamiseerd
• hadden gemacadamiseerd
• hadden gemacadamiseerd
• hadden gemacadamiseerd

O.v.t.t. (Condicional)

• heb gemacadamiseerd
• hebt gemacadamiseerd
• heeft gemacadamiseerd
• hebt gemacadamiseerd
• hebben gemacadamiseerd
• hebben gemacadamiseerd
• hebben gemacadamiseerd

V.t.t.t. (Future Perfect)

• zal gemacadamiseerd hebben
• zult gemacadamiseerd hebben
• zal gemacadamiseerd hebben
• zult gemacadamiseerd hebben
• zult gemacadamiseerd hebben
• zullen gemacadamiseerd hebben
• zullen gemacadamiseerd hebben

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

• zou gemacadamiseerd hebben
• zou gemacadamiseerd hebben
• zou gemacadamiseerd hebben
• zou gemacadamiseerd hebben
• zouden gemacadamiseerd hebben
• zouden gemacadamiseerd hebben
• zouden gemacadamiseerd hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

• worden gemacadamiseerd
•  

O.v.t. (Past)

• worden gemacadamiseerd
•  

O.t.t.t. (Future)

• zullen gemacadamiseerd worden
•  

O.v.t.t. (Condicional)

• zouden gemacadamiseerd worden
•  

V.t.t. (Present Perfect)

• zijn gemacadamiseerd
•  

V.v.t. (Past Perfect)

• was gemacadamiseerd
•  

V.t.t.t. (Future Perfect)

• zullen gemacadamiseerd zijn
•  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

• zouden gemacadamiseerd zijn
•