INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- koppelde
- koppelde
- koppelde
- koppelde
- koppelden
- koppelden
- koppelden
O.v.t. (Past)
- zal koppelen
- zult koppelen
- zal koppelen
- zult koppelen
- zult koppelen
- zullen koppelen
- zullen koppelen
O.t.t.t. (Future)
- had gekoppeld
- had gekoppeld
- had gekoppeld
- had gekoppeld
- hadden gekoppeld
- hadden gekoppeld
- hadden gekoppeld
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gekoppeld
- hebt gekoppeld
- heeft gekoppeld
- hebt gekoppeld
- hebben gekoppeld
- hebben gekoppeld
- hebben gekoppeld
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gekoppeld hebben
- zult gekoppeld hebben
- zal gekoppeld hebben
- zult gekoppeld hebben
- zult gekoppeld hebben
- zullen gekoppeld hebben
- zullen gekoppeld hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gekoppeld hebben
- zou gekoppeld hebben
- zou gekoppeld hebben
- zou gekoppeld hebben
- zouden gekoppeld hebben
- zouden gekoppeld hebben
- zouden gekoppeld hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)