INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- klauwde
- klauwde
- klauwde
- klauwde
- klauwden
- klauwden
- klauwden
O.v.t. (Past)
- zal klauwen
- zult klauwen
- zal klauwen
- zult klauwen
- zult klauwen
- zullen klauwen
- zullen klauwen
O.t.t.t. (Future)
- had geklauwd
- had geklauwd
- had geklauwd
- had geklauwd
- hadden geklauwd
- hadden geklauwd
- hadden geklauwd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geklauwd
- hebt geklauwd
- heeft geklauwd
- hebt geklauwd
- hebben geklauwd
- hebben geklauwd
- hebben geklauwd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geklauwd hebben
- zult geklauwd hebben
- zal geklauwd hebben
- zult geklauwd hebben
- zult geklauwd hebben
- zullen geklauwd hebben
- zullen geklauwd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geklauwd hebben
- zou geklauwd hebben
- zou geklauwd hebben
- zou geklauwd hebben
- zouden geklauwd hebben
- zouden geklauwd hebben
- zouden geklauwd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)