NL.png kartonneren

INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

  • kartonneren

O.t.t. (Present)

  • kartonneerde
  • kartonneerde
  • kartonneerde
  • kartonneerde
  • kartonneerden
  • kartonneerden
  • kartonneerden
 

O.v.t. (Past)

  • zal kartonneren
  • zult kartonneren
  • zal kartonneren
  • zult kartonneren
  • zult kartonneren
  • zullen kartonneren
  • zullen kartonneren

O.t.t.t. (Future)

  • had gekartonneerd
  • had gekartonneerd
  • had gekartonneerd
  • had gekartonneerd
  • hadden gekartonneerd
  • hadden gekartonneerd
  • hadden gekartonneerd
 

O.v.t.t. (Condicional)

  • heb gekartonneerd
  • hebt gekartonneerd
  • heeft gekartonneerd
  • hebt gekartonneerd
  • hebben gekartonneerd
  • hebben gekartonneerd
  • hebben gekartonneerd

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zal gekartonneerd hebben
  • zult gekartonneerd hebben
  • zal gekartonneerd hebben
  • zult gekartonneerd hebben
  • zult gekartonneerd hebben
  • zullen gekartonneerd hebben
  • zullen gekartonneerd hebben
 

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zou gekartonneerd hebben
  • zou gekartonneerd hebben
  • zou gekartonneerd hebben
  • zou gekartonneerd hebben
  • zouden gekartonneerd hebben
  • zouden gekartonneerd hebben
  • zouden gekartonneerd hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

  • worden gekartonneerd
  •  

O.v.t. (Past)

  • worden gekartonneerd
  •  
 

O.t.t.t. (Future)

  • zullen gekartonneerd worden
  •  

O.v.t.t. (Condicional)

  • zouden gekartonneerd worden
  •  
 

V.t.t. (Present Perfect)

  • zijn gekartonneerd
  •  

V.v.t. (Past Perfect)

  • was gekartonneerd
  •  
 

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zullen gekartonneerd zijn
  •  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zouden gekartonneerd zijn
  •