INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- kadreerde
- kadreerde
- kadreerde
- kadreerde
- kadreerden
- kadreerden
- kadreerden
O.v.t. (Past)
- zal kadreren
- zult kadreren
- zal kadreren
- zult kadreren
- zult kadreren
- zullen kadreren
- zullen kadreren
O.t.t.t. (Future)
- had gekadreerd
- had gekadreerd
- had gekadreerd
- had gekadreerd
- hadden gekadreerd
- hadden gekadreerd
- hadden gekadreerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gekadreerd
- hebt gekadreerd
- heeft gekadreerd
- hebt gekadreerd
- hebben gekadreerd
- hebben gekadreerd
- hebben gekadreerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gekadreerd hebben
- zult gekadreerd hebben
- zal gekadreerd hebben
- zult gekadreerd hebben
- zult gekadreerd hebben
- zullen gekadreerd hebben
- zullen gekadreerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gekadreerd hebben
- zou gekadreerd hebben
- zou gekadreerd hebben
- zou gekadreerd hebben
- zouden gekadreerd hebben
- zouden gekadreerd hebben
- zouden gekadreerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)