INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- frommelde
- frommelde
- frommelde
- frommelde
- frommelden
- frommelden
- frommelden
O.v.t. (Past)
- zal frommelen
- zult frommelen
- zal frommelen
- zult frommelen
- zult frommelen
- zullen frommelen
- zullen frommelen
O.t.t.t. (Future)
- had gefrommeld
- had gefrommeld
- had gefrommeld
- had gefrommeld
- hadden gefrommeld
- hadden gefrommeld
- hadden gefrommeld
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gefrommeld
- hebt gefrommeld
- heeft gefrommeld
- hebt gefrommeld
- hebben gefrommeld
- hebben gefrommeld
- hebben gefrommeld
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gefrommeld hebben
- zult gefrommeld hebben
- zal gefrommeld hebben
- zult gefrommeld hebben
- zult gefrommeld hebben
- zullen gefrommeld hebben
- zullen gefrommeld hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gefrommeld hebben
- zou gefrommeld hebben
- zou gefrommeld hebben
- zou gefrommeld hebben
- zouden gefrommeld hebben
- zouden gefrommeld hebben
- zouden gefrommeld hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)