INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- foerageerde
- foerageerde
- foerageerde
- foerageerde
- foerageerden
- foerageerden
- foerageerden
O.v.t. (Past)
- zal foerageren
- zult foerageren
- zal foerageren
- zult foerageren
- zult foerageren
- zullen foerageren
- zullen foerageren
O.t.t.t. (Future)
- had gefoerageerd
- had gefoerageerd
- had gefoerageerd
- had gefoerageerd
- hadden gefoerageerd
- hadden gefoerageerd
- hadden gefoerageerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gefoerageerd
- hebt gefoerageerd
- heeft gefoerageerd
- hebt gefoerageerd
- hebben gefoerageerd
- hebben gefoerageerd
- hebben gefoerageerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gefoerageerd hebben
- zult gefoerageerd hebben
- zal gefoerageerd hebben
- zult gefoerageerd hebben
- zult gefoerageerd hebben
- zullen gefoerageerd hebben
- zullen gefoerageerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gefoerageerd hebben
- zou gefoerageerd hebben
- zou gefoerageerd hebben
- zou gefoerageerd hebben
- zouden gefoerageerd hebben
- zouden gefoerageerd hebben
- zouden gefoerageerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)