NL.png desorganiseren

INDICATIVE ACTIVE

Infinitive

  • desorganiseren

O.t.t. (Present)

  • desorganiseerde
  • desorganiseerde
  • desorganiseerde
  • desorganiseerde
  • desorganiseerden
  • desorganiseerden
  • desorganiseerden
 

O.v.t. (Past)

  • zal desorganiseren
  • zult desorganiseren
  • zal desorganiseren
  • zult desorganiseren
  • zult desorganiseren
  • zullen desorganiseren
  • zullen desorganiseren

O.t.t.t. (Future)

  • had gedesorganiseerd
  • had gedesorganiseerd
  • had gedesorganiseerd
  • had gedesorganiseerd
  • hadden gedesorganiseerd
  • hadden gedesorganiseerd
  • hadden gedesorganiseerd
 

O.v.t.t. (Condicional)

  • heb gedesorganiseerd
  • hebt gedesorganiseerd
  • heeft gedesorganiseerd
  • hebt gedesorganiseerd
  • hebben gedesorganiseerd
  • hebben gedesorganiseerd
  • hebben gedesorganiseerd

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zal gedesorganiseerd hebben
  • zult gedesorganiseerd hebben
  • zal gedesorganiseerd hebben
  • zult gedesorganiseerd hebben
  • zult gedesorganiseerd hebben
  • zullen gedesorganiseerd hebben
  • zullen gedesorganiseerd hebben
 

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zou gedesorganiseerd hebben
  • zou gedesorganiseerd hebben
  • zou gedesorganiseerd hebben
  • zou gedesorganiseerd hebben
  • zouden gedesorganiseerd hebben
  • zouden gedesorganiseerd hebben
  • zouden gedesorganiseerd hebben

LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)

O.t.t. (Present)

  • worden gedesorganiseerd
  •  

O.v.t. (Past)

  • worden gedesorganiseerd
  •  
 

O.t.t.t. (Future)

  • zullen gedesorganiseerd worden
  •  

O.v.t.t. (Condicional)

  • zouden gedesorganiseerd worden
  •  
 

V.t.t. (Present Perfect)

  • zijn gedesorganiseerd
  •  

V.v.t. (Past Perfect)

  • was gedesorganiseerd
  •  
 

V.t.t.t. (Future Perfect)

  • zullen gedesorganiseerd zijn
  •  

v.v.t.t. (Conditional Perfect)

  • zouden gedesorganiseerd zijn
  •