INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- deployeerde
- deployeerde
- deployeerde
- deployeerde
- deployeerden
- deployeerden
- deployeerden
O.v.t. (Past)
- zal deployeren
- zult deployeren
- zal deployeren
- zult deployeren
- zult deployeren
- zullen deployeren
- zullen deployeren
O.t.t.t. (Future)
- had gedeployeerd
- had gedeployeerd
- had gedeployeerd
- had gedeployeerd
- hadden gedeployeerd
- hadden gedeployeerd
- hadden gedeployeerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gedeployeerd
- hebt gedeployeerd
- heeft gedeployeerd
- hebt gedeployeerd
- hebben gedeployeerd
- hebben gedeployeerd
- hebben gedeployeerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gedeployeerd hebben
- zult gedeployeerd hebben
- zal gedeployeerd hebben
- zult gedeployeerd hebben
- zult gedeployeerd hebben
- zullen gedeployeerd hebben
- zullen gedeployeerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gedeployeerd hebben
- zou gedeployeerd hebben
- zou gedeployeerd hebben
- zou gedeployeerd hebben
- zouden gedeployeerd hebben
- zouden gedeployeerd hebben
- zouden gedeployeerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gedeployeerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gedeployeerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)