INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- dementeerde
- dementeerde
- dementeerde
- dementeerde
- dementeerden
- dementeerden
- dementeerden
O.v.t. (Past)
- zal dementeren
- zult dementeren
- zal dementeren
- zult dementeren
- zult dementeren
- zullen dementeren
- zullen dementeren
O.t.t.t. (Future)
- was gedementeerd
- was gedementeerd
- was gedementeerd
- was gedementeerd
- waren gedementeerd
- waren gedementeerd
- waren gedementeerd
O.v.t.t. (Condicional)
- ben gedementeerd
- bent gedementeerd
- is gedementeerd
- bent gedementeerd
- zijn gedementeerd
- zijn gedementeerd
- zijn gedementeerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gedementeerd zijn
- zult gedementeerd zijn
- zal gedementeerd zijn
- zult gedementeerd zijn
- zult gedementeerd zijn
- zullen gedementeerd zijn
- zullen gedementeerd zijn
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gedementeerd zijn
- zou gedementeerd zijn
- zou gedementeerd zijn
- zou gedementeerd zijn
- zouden gedementeerd zijn
- zouden gedementeerd zijn
- zouden gedementeerd zijn
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)