INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- deformeerde
- deformeerde
- deformeerde
- deformeerde
- deformeerden
- deformeerden
- deformeerden
O.v.t. (Past)
- zal deformeren
- zult deformeren
- zal deformeren
- zult deformeren
- zult deformeren
- zullen deformeren
- zullen deformeren
O.t.t.t. (Future)
- had gedeformeerd
- had gedeformeerd
- had gedeformeerd
- had gedeformeerd
- hadden gedeformeerd
- hadden gedeformeerd
- hadden gedeformeerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gedeformeerd
- hebt gedeformeerd
- heeft gedeformeerd
- hebt gedeformeerd
- hebben gedeformeerd
- hebben gedeformeerd
- hebben gedeformeerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gedeformeerd hebben
- zult gedeformeerd hebben
- zal gedeformeerd hebben
- zult gedeformeerd hebben
- zult gedeformeerd hebben
- zullen gedeformeerd hebben
- zullen gedeformeerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gedeformeerd hebben
- zou gedeformeerd hebben
- zou gedeformeerd hebben
- zou gedeformeerd hebben
- zouden gedeformeerd hebben
- zouden gedeformeerd hebben
- zouden gedeformeerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gedeformeerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gedeformeerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)