INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- defloreerde
- defloreerde
- defloreerde
- defloreerde
- defloreerden
- defloreerden
- defloreerden
O.v.t. (Past)
- zal defloreren
- zult defloreren
- zal defloreren
- zult defloreren
- zult defloreren
- zullen defloreren
- zullen defloreren
O.t.t.t. (Future)
- had gedefloreerd
- had gedefloreerd
- had gedefloreerd
- had gedefloreerd
- hadden gedefloreerd
- hadden gedefloreerd
- hadden gedefloreerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gedefloreerd
- hebt gedefloreerd
- heeft gedefloreerd
- hebt gedefloreerd
- hebben gedefloreerd
- hebben gedefloreerd
- hebben gedefloreerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gedefloreerd hebben
- zult gedefloreerd hebben
- zal gedefloreerd hebben
- zult gedefloreerd hebben
- zult gedefloreerd hebben
- zullen gedefloreerd hebben
- zullen gedefloreerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gedefloreerd hebben
- zou gedefloreerd hebben
- zou gedefloreerd hebben
- zou gedefloreerd hebben
- zouden gedefloreerd hebben
- zouden gedefloreerd hebben
- zouden gedefloreerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gedefloreerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gedefloreerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)