INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- conserveerde
- conserveerde
- conserveerde
- conserveerde
- conserveerden
- conserveerden
- conserveerden
O.v.t. (Past)
- zal conserveren
- zult conserveren
- zal conserveren
- zult conserveren
- zult conserveren
- zullen conserveren
- zullen conserveren
O.t.t.t. (Future)
- had geconserveerd
- had geconserveerd
- had geconserveerd
- had geconserveerd
- hadden geconserveerd
- hadden geconserveerd
- hadden geconserveerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb geconserveerd
- hebt geconserveerd
- heeft geconserveerd
- hebt geconserveerd
- hebben geconserveerd
- hebben geconserveerd
- hebben geconserveerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal geconserveerd hebben
- zult geconserveerd hebben
- zal geconserveerd hebben
- zult geconserveerd hebben
- zult geconserveerd hebben
- zullen geconserveerd hebben
- zullen geconserveerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou geconserveerd hebben
- zou geconserveerd hebben
- zou geconserveerd hebben
- zou geconserveerd hebben
- zouden geconserveerd hebben
- zouden geconserveerd hebben
- zouden geconserveerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen geconserveerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden geconserveerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zullen geconserveerd zijn
-
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zouden geconserveerd zijn
-