INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- *
- *
- condenseerde
- *
- condenseerden
- condenseerden
- condenseerden
O.v.t. (Past)
- zal condenseren
- zult condenseren
- zal condenseren
- zult condenseren
- zult condenseren
- zullen condenseren
- zullen condenseren
O.t.t.t. (Future)
- *
- was gecondenseerd
- was gecondenseerd
- *
- *
- *
- waren gecondenseerd
O.v.t.t. (Condicional)
- *
- *
- is gecondenseerd
- *
- *
- *
- zijn gecondenseerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- *
- *
- zal gecondenseerd zijn
- *
- *
- *
- zullen gecondenseerd zijn
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- *
- *
- zou gecondenseerd zijn
- *
- *
- *
- zouden gecondenseerd zijn
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)