INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- capsuleerde
- capsuleerde
- capsuleerde
- capsuleerde
- capsuleerden
- capsuleerden
- capsuleerden
O.v.t. (Past)
- zal capsuleren
- zult capsuleren
- zal capsuleren
- zult capsuleren
- zult capsuleren
- zullen capsuleren
- zullen capsuleren
O.t.t.t. (Future)
- had gecapsuleerd
- had gecapsuleerd
- had gecapsuleerd
- had gecapsuleerd
- hadden gecapsuleerd
- hadden gecapsuleerd
- hadden gecapsuleerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gecapsuleerd
- hebt gecapsuleerd
- heeft gecapsuleerd
- hebt gecapsuleerd
- hebben gecapsuleerd
- hebben gecapsuleerd
- hebben gecapsuleerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gecapsuleerd hebben
- zult gecapsuleerd hebben
- zal gecapsuleerd hebben
- zult gecapsuleerd hebben
- zult gecapsuleerd hebben
- zullen gecapsuleerd hebben
- zullen gecapsuleerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gecapsuleerd hebben
- zou gecapsuleerd hebben
- zou gecapsuleerd hebben
- zou gecapsuleerd hebben
- zouden gecapsuleerd hebben
- zouden gecapsuleerd hebben
- zouden gecapsuleerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gecapsuleerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gecapsuleerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)