INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- sarde aan
- sarde aan
- sarde aan
- sarde aan
- sarden aan
- sarden aan
- sarden aan
O.v.t. (Past)
- zal aansarren
- zult aansarren
- zal aansarren
- zult aansarren
- zult aansarren
- zullen aansarren
- zullen aansarren
O.t.t.t. (Future)
- had aangesard
- had aangesard
- had aangesard
- had aangesard
- hadden aangesard
- hadden aangesard
- hadden aangesard
O.v.t.t. (Condicional)
- heb aangesard
- hebt aangesard
- heeft aangesard
- hebt aangesard
- hebben aangesard
- hebben aangesard
- hebben aangesard
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal aangesard hebben
- zult aangesard hebben
- zal aangesard hebben
- zult aangesard hebben
- zult aangesard hebben
- zullen aangesard hebben
- zullen aangesard hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou aangesard hebben
- zou aangesard hebben
- zou aangesard hebben
- zou aangesard hebben
- zouden aangesard hebben
- zouden aangesard hebben
- zouden aangesard hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)