INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- reeg aan
- reeg aan
- reeg aan
- reeg aan
- regen aan
- regen aan
- regen aan
O.v.t. (Past)
- zal aanrijgen
- zult aanrijgen
- zal aanrijgen
- zult aanrijgen
- zult aanrijgen
- zullen aanrijgen
- zullen aanrijgen
O.t.t.t. (Future)
- had aangeregen
- had aangeregen
- had aangeregen
- had aangeregen
- hadden aangeregen
- hadden aangeregen
- hadden aangeregen
O.v.t.t. (Condicional)
- heb aangeregen
- hebt aangeregen
- heeft aangeregen
- hebt aangeregen
- hebben aangeregen
- hebben aangeregen
- hebben aangeregen
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal aangeregen hebben
- zult aangeregen hebben
- zal aangeregen hebben
- zult aangeregen hebben
- zult aangeregen hebben
- zullen aangeregen hebben
- zullen aangeregen hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou aangeregen hebben
- zou aangeregen hebben
- zou aangeregen hebben
- zou aangeregen hebben
- zouden aangeregen hebben
- zouden aangeregen hebben
- zouden aangeregen hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)