INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- zei toe
- zei toe
- zei toe
- zei toe
- zeiden toe
- zeiden toe
- zeiden toe
O.v.t. (Past)
- zal toezeggen
- zult toezeggen
- zal toezeggen
- zult toezeggen
- zult toezeggen
- zullen toezeggen
- zullen toezeggen
O.t.t.t. (Future)
- had toegezegd
- had toegezegd
- had toegezegd
- had toegezegd
- hadden toegezegd
- hadden toegezegd
- hadden toegezegd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb toegezegd
- hebt toegezegd
- heeft toegezegd
- hebt toegezegd
- hebben toegezegd
- hebben toegezegd
- hebben toegezegd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal toegezegd hebben
- zult toegezegd hebben
- zal toegezegd hebben
- zult toegezegd hebben
- zult toegezegd hebben
- zullen toegezegd hebben
- zullen toegezegd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou toegezegd hebben
- zou toegezegd hebben
- zou toegezegd hebben
- zou toegezegd hebben
- zouden toegezegd hebben
- zouden toegezegd hebben
- zouden toegezegd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)