INDICATIVE ACTIVE
O.t.t. (Present)
- penetreerde
- penetreerde
- penetreerde
- penetreerde
- penetreerden
- penetreerden
- penetreerden
O.v.t. (Past)
- zal penetreren
- zult penetreren
- zal penetreren
- zult penetreren
- zult penetreren
- zullen penetreren
- zullen penetreren
O.t.t.t. (Future)
- had gepenetreerd
- had gepenetreerd
- had gepenetreerd
- had gepenetreerd
- hadden gepenetreerd
- hadden gepenetreerd
- hadden gepenetreerd
O.v.t.t. (Condicional)
- heb gepenetreerd
- hebt gepenetreerd
- heeft gepenetreerd
- hebt gepenetreerd
- hebben gepenetreerd
- hebben gepenetreerd
- hebben gepenetreerd
V.t.t.t. (Future Perfect)
- zal gepenetreerd hebben
- zult gepenetreerd hebben
- zal gepenetreerd hebben
- zult gepenetreerd hebben
- zult gepenetreerd hebben
- zullen gepenetreerd hebben
- zullen gepenetreerd hebben
v.v.t.t. (Conditional Perfect)
- zou gepenetreerd hebben
- zou gepenetreerd hebben
- zou gepenetreerd hebben
- zou gepenetreerd hebben
- zouden gepenetreerd hebben
- zouden gepenetreerd hebben
- zouden gepenetreerd hebben
LIJDENDE VORM (SYNOPSIS)
O.t.t.t. (Future)
- zullen gepenetreerd worden
-
O.v.t.t. (Condicional)
- zouden gepenetreerd worden
-
V.t.t.t. (Future Perfect)
v.v.t.t. (Conditional Perfect)